Niet iedere school doet het, maar het is wel zeer waardevol: ouders laten observeren op school voordat ze hun kind op die school plaatsen.
Je kunt uiteraard ook ouders laten observeren in de klas van hun kind. Dit is hoe je het zou kunnen doen:
Maak een rooster waarin iedere ouder twee keer per jaar komt observeren. Geef de ouder de tijd om een volle werkcyclus te kijken. Als je een werkcyclus van 3 uur hebt, komt de ouder dus 3 uur zitten observeren. Geef richtlijnen vooraf of aan het begin van de observatie.
Na afloop van de observatie heb je een gesprek met de ouder over wat hij of zij gezien heeft. Je kunt in dit gesprek ook de voortgang van het kind bespreken en een verslag meegeven. Daarmee spreid je de verslaglegging over het hele jaar. Iedere week heb je een of twee observaties in je klas en bereid je van tevoren een of twee verslagen voor. Je zou de observaties en verslagen kunnen koppelen aan de verjaardagen van de kinderen.
Zorg dat je nooit twee observanten tegelijk hebt. Het wordt snel te veel, te storend en moeilijk om goed na te praten met twee mensen tegelijk. Er kan dus altijd maar een van de twee ouders van een kind komen.
Richtlijnen observatie door ouders
Als de observant binnenkomt, kun je een klembord overhandigen met daarop een brief met richtlijnen:
Welkom in onze klas. We zijn blij dat u in de gelegenheid bent om onze klas te bezoeken en hopen dat deze ervaring informatief en positief is. Observeren is moeilijk. Men wil graag deelnemen in plaat van kijken. Maar om ervoor te zorgen dat uw observatie waardevol is voor u en de rust en het evenwicht in de klas bewaard blijft, vragen we u vriendelijk om te blijven zitten en u afzijdig te houden. Zoekt u alstublieft geen contact met de kinderen en als zij u benaderen, antwoord dan kort, zodat zij weer verder kunnen gaan met hun werk.
We vragen u om op zijn minst 30 minuten te observeren.
De klas is een warme vriendelijke omgeving, ingericht om positieve leerervaringen uit te lokken. Deze voorbereide omgeving is zo ingericht dat hij beantwoordt aan de behoeften van een kind. Stelt u uw eigen kind voor in deze omgeving.
Dr. Montessori noemde de volwassene in de klas de leidster in plaats van de leerkracht. De leidster begeleidt de ‚flow’ van activiteiten en dient als een aanjager in de ontwikkeling van leermomenten. Kinderen in de Montessori klas genieten onafhankelijkheid en vrijheid binnen bepaalde grenzen. Ze hebben ook behoefte aan een zekere mate van ordelijkheid en zelfdicipline. Dit is waar ze naar streven, het is geen vertrekpunt.
- Observeer objectief.
- Observeer een kind tijdens een bepaalde periode.
- Observeer hoe kinderen met elkaar communiceren.
- Observeer hoe de klas functioneert als een kleine samenleving.
- Observeer hoe een kind een ander kind help of les geeft.
Kijk uit naar deze kwaliteiten in kinderen:
- Concentratie
- Zelfsturing
- Coordinatie
- Orde, structuur
- Onafhankelijkeid
- Liefde voor werk
- Zelf motivatie
- Respect voor anderen
De volgende vragen zou u in gedachten kunnen hebben terwijl u observeert:
- Terwijl u rustig zit om voor het eerst te observeren in een Montessori klas, wat valt u dan op?
- Hoe is de klas opgezet?
- Wat valt u op aan de inrichting, het meubilair, de kasten?
- Let eens op hoe de volwassene omgaat met kinderen. Wat ziet u?
- Misschien ziet u tijdens uw observatie dat een leidster een kind corrigeert of terecht wijst. Wat valt u op?
- Terwijl u observeert, probeer eens te zien of er ongeschreven regels zijn die de kinderen volgen. Wat valt u op?
- Wat trekt kinderen het meeste aan in het Montessorimateriaal?
- Let u eens op een paar montessorimaterialen; welke concepten of vaardigheden zitten geisoleerd in een materiaal?
- Let eens op hoe de leidster een nieuw materiaal introduceren bij een kind. Kijk of u een kind ziet leren van een ander kind.
- Hoe reageert u op het montessorimateriaal als volwassene? Voelt u zich ertoe aangetrokken? Zou u willen dat u als kind op een montessorischool gezeten had?
Bron: Hillview Montessori school