Scheppen

5C34DD77-C70B-44E8-9A74-258A124B34CE
5648F644-4551-40B7-824F-DBBC001CE02A
6EB6470F-1C82-47FC-82EF-1CCA0FE20DB7

Schepwerkjes horen bij de voorbereidende oefeningen. Kinderen van 3 en 4 doen ze erg graag. Als je een werkje voordoet, zorg dan dat je de handeling heel langzaam laat zien, stap voor stap. Het beetpakken van de lepel, in de kom steken, het materiaal op de lepel doen, alle bewegingen moet je stap voor stap laten zien. 

E054D9F2-0D11-479B-AB5E-2898F0C11176
spliterwten scheppen
10C3FE0D-3B5D-4DCD-AADA-1ECD3DFC6FB2
Kikkererwten scheppen
OLYMPUS DIGITAL CAMERA
Rijst scheppen
OLYMPUS DIGITAL CAMERA
Zonnebloempitten scheppen
C6FC33DE-8E87-4926-85FC-58ADAED86866
zand scheppen door een trechter
OLYMPUS DIGITAL CAMERA
rijst scheppen

Aanbieding van een schepwerkje

Materialen

  • Een dienblad
  • Twee identieke lage kleine kommen
  • granen, zoals linzen, bonen, kleine pasta, etc.
  • Een kleine uitgebalanceerde lepel

Aanbieding

  1. Nodig het kind uit om naar de kast te komen.
  2. Vraag het kind of je hem al getoond hebt hoe je een dienblad vasthoudt. Zo niet, toon het kind dan hoe je het dienblad vasthoudt met je duimen over de rand.
  3. Het kind draagt het dienblad naar de tafel. Laat zien hoe je het dienblad aan de rand van de tafel zet en dan naar het midden schuift. De volle kom staat links.
  4. Neem plaats aan de rechterhand van het kind.
  5. Laat het kind zien hoe je de lepel vasthoudt door hem met de linkerhand op te pakken en het op de middelvinger te leggen en met duim en wijsvinger vast te houden. Je houdt de lepel vast met je dominante hand dus.
  6. Laat de lepel in de kom aan de linkerkant zakken. Draai en schep de bonen omhoog in het kommetje van de lepel.
  7. Hef de lepel langzaam en voorzichtig omhoog en verplaats dan naar de kom aan de rechterkant. Draai de lepel, zodat de bonen voorzichtig in de andere kom vallen.
  8. Herhaal dit tot de kom aan de linkerkant leeg is. “ik heb alle bonen naar de andere kom verplaatst”. Kijk op tafel en dienblad of je bonen gemorst hebt.
  9. Leg de lepel horizontaal aan de voorkant op het dienblad.
  10. Haal de linker kom, die leeg is, weg en zet hem op de tafel. Verplaats de volle kom naar de linkerkant van het dienblad. Zet de lege kom aan de rechterkant van het dienblad. Vertel het kind dat het werk nu klaar is om weer gedaan te worden.
  11. Vraag het kind het te doen. Optie: leg de lepel op het midden van het dienblad om te zien met welke hand het de lepel opneemt.
  12. Laat het kind achter zodat hij kan scheppen zoveel als hij wil.
  13. Herinner het kind eraan als het werkje afgelopen is, dat hij eerste het dienblad naar de rand schuift voor hij opstaat en de stoel terugzet.

Controle van de fout

1. Visueel – het kind ziet de lepel overstromen en knoeien als er overgeheveld wordt.

2. Visueel – het kind ziet bonen op het dienblad of op de vloer als hij klaar is.

3. Auditief – het kind hoort het kletteren van de lepel tegen de lege kom.

4. Visueel – het kind ziet het als materialen niet op de juiste plaat teruggezet zijn.

5. Visueel – het kind ziet het als er nog iets in de kom zit.

Aandachtspunten:

1. De manier van vasthouden van de lepel

2. Hoe je naar je toe kunt scheppen

3. Een ruimte laten tussen de twee kommen.

4. Of er graankorrels tussen de twee kommen vallen

5. De laatste paar graankorrels eruit krijgen.

6. De gemorste korrels terugdoen in de kom met de pengreep.

Doel

1. Fijne motoriek

2. Oog hand coördinatie

3. Indirecte voorbereiding voor schrijven

4. Zorg voor de omgeving.

Leeftijd

2. -3.

Volgende oefeningen

  1. De lepel heel erg vol scheppen
  2. De lepel erg weinig vol scheppen.
  3. De schepjes tellen.
  4. Scheppen zonder te morsen.
  5. Maatschepjes gebruiken voor 5jarigen
  6. Soeplepels gebruiken – laten zien hoe je van je af kunt scheppen (met een lesje)
  7. Andere lepels (opscheplepels, schepjes, lepels met een lang handvat, etc.
  8. Lepels van een ander materiaal (zilver, plastic, hout, doorzichtig plastic, metaal, ect.)
  9. Twee lepels aanbieden en laten ontdekken welke lepel het efficiëntste resultaat geeft
  10. Scheppen in verschillende containers en ontdekken welke het meeste kan bevatten.

Opmerkingen

  1. Het is een overgangswerk, maar moet de eerste 4 tot 6 weken niet in de kast staan.
  2. Kinderen moeten ervaring hebben met het dragen van een dienblad
  3. De lepel moet in het midden van het dienblad gelegd worden, zodat het kind zelf kan kiezen welke hand hij wil gebruiken.
  4. Mors niet met opzet. Als het gebeurt, laat het kind dan zien hoe je het terug doet.
  5. Gebruik korrels zo groot als linzen om mee te beginnen.
  6. Als je een lepel koopt, kies er dan een die balanceert bij de nek van de lepel.