Dan biedt de leidster een van de leeszinnen aan. Het kind leest het kaartje en beeldt de zin uit. Kinderen werken graag samen met dit materiaal. Ze lezen de zinnen soms meerdere malen achter elkaar, leven zich in en spelen het uit.
De zinnen zitten in 7 vakken, op kleur gesorteerd en klimmen op in moeilijkheidsgraad. 1=paars en bestaat uit een zin. De zinnen bij vakje 7 bestaan uit een heel verhaaltje dat de kinderen gaan uitbeelden.
Groepsspel: iedereen mag raden wat er op het kaartje staat.